Leerlingen met autisme vragen iets anders van een klassenorganisatie dan leerlingen zonder autisme. Wat? Dat is per leerling verschillend.
Ik kan met de leerkracht meekijken wat er bij individuele leerlingen nodig is. Dit kan door observatie in de klas, maar bijvoorbeeld ook door vaststellen van bijvoorbeeld het zintuiglijk profiel, en aansluitend samen met de leerkracht kijken wat er aan aanpassingen in de ruimte nodig en mogelijk zijn. Meestal wordt er gewerkt met een specifieke hulpvraag vanuit de leerkracht.
Ik heb veel ervaring, zowel in het basis als speciaal (voortgezet) onderwijs, in het opzetten van een klassenorganisatie die voor leerlingen met autisme de rust en duidelijkheid biedt die ze nodig hebben. Daarom is het ook mogelijk om in een algemeen overleg, dus zonder hulpvraag vanuit een specifieke leerling, tot een verbetering van de klassenorganisatie te komen.
Ervaring leert dat veel ‘moeilijke’ situaties in de klas al een stuk weggenomen kunnen worden door goed te kijken naar de werkelijke oorzaak van het probleem. Wat levert het een leerling op om op een bepaalde manier te reageren? Ook hier is gedrag een signaal. Als u de behoefte van de leerling op een andere manier kunt vervullen, of wegnemen, blijkt soms het probleem geen probleem meer te zijn.
Bijvoorbeeld:
Een leerling wil niet in de kring blijven zitten tijdens het kringgesprek. U heeft alles al geprobeerd; boos worden, complimenteren, een beloningssysteem….niks werkt. Bij invulling van het zintuiglijk profiel komen we erachter dat deze leerling heel erg gevoelig is voor licht, het doet soms letterlijk pijn aan zijn ogen. Zijn plek in de kring is recht tegenover het raam…
Naast het (samen) zoeken naar oorzaken, werkt ik graag vanuit de dingen die al wél goed gaan. ik wil graag samen met leerkrachten deze momenten uitbouwen en sterke kanten gebruiken om moeilijke momenten beter te laten verlopen.