Spreekbeurt over autisme ‘Vind je eigen weg met jouw autisme’

Je hebt mijn boek ‘Vind je eigen weg met jouw autisme’ en je wilt je spreekbeurt over jouw autisme houden? Wat een supergoed idee! Het helpt als mensen begrijpen wat (jouw) autisme is, en wat het voor jou betekent. Dat de kinderen in je klas weten dat jij niet minder of slechter bent omdat je autisme hebt, maar dat jouw brein anders in elkaar zit. Dat je daardoor soms dingen lastig vindt, of… juist heel goed kunt! En wie kan dat nou beter uitleggen dan jij zelf? 

Heb je het boek ‘Vind je eigen weg met jouw autisme’ nog niet, en wil je het graag bestellen? Via deze link kun je het boek voor € 17,50 bestellen, en heb je het morgen in huis!

Het is natuurlijk niet de bedoeling het hele boek voor te lezen. Maar hoe weet je nu welke dingen het meest belangrijk zijn om te vertellen? Ook dat bepaal je zelf. Maar ik kan je wel een beetje op weg helpen. Ik denk dat je voor jezelf een korte samenvatting zou kunnen maken van een aantal hoofdstukken uit het boek. Ik heb hieronder een voorstel gemaakt van hoofdstukken die samen goed uitleggen wat autisme is.

Maar…zoals jij nu al weet; is niemand met autisme hetzelfde! Het is dus heel belangrijk dat jij in je spreekbeurt uitlegt over het ‘spectrum’ van kenmerken. Je kunt dat extra goed uitleggen door, net als in het boek, steeds eerst uit te leggen wat de theorie over autisme is, en daarna te vertellen hoe dat nou bij jou werkt. Daardoor leren jouw klasgenoten (van jou!) dat het hebben van autisme niet betekent dat je dan ook alle ‘kenmerken’ van autisme heel duidelijk hoeft te hebben. Als het jou lukt dat aan jouw klas duidelijk te maken, krijg je van mij alvast een dikke 10!

Ik wens je veel succes met je spreekbeurt, en zou het heel erg leuk vinden als je mij via deze link een foto stuurt van jou voor de klas, en als je wilt laten weten hoe je spreekbeurt is gegaan. Dan stuur ik je zeker een mailtje terug!

Groetjes Suzanne

Inleiding

het is handig om in het begin te vertellen waarom jij je spreekbeurt over autisme houdt. Kinderen (en ook grote mensen) denken vaak dat als je aan de buitenkant niets kunt zien aan iemand, dat er dan ook niets ‘aan de hand’ is. Of ze begrijpen niet waarom iemand ‘ineens’ heel boos wordt, omdat ze diegene niet ‘van binnen’ kennen. Het is belangrijk om uit te leggen dat je autisme niet aan de buitenkant kan zien, maar dat dat niet betekent dat er soms niet heel wat aan de hand is. Je kunt het plaatje van de ijsberg laten zien om dit uit te leggen.

Het IJsbergmodel

1.  Autisme begrijpen (een vol hoofd)

In dit hoofdstuk wordt uitgelegd dat mensen met autisme een heel vol hoofd hebben, met héél veel zandweggetjes en snelwegen waar informatie over gestuurd kan worden. Dit is handig, omdat je daardoor bijvoorbeeld creatief kan denken, maar kan ook lastig zijn omdat je de weg kwijt kunt raken of langer onderweg bent om de informatie op de goede plek aan te laten komen. Misschien vind je het leuk om de problemen (weg kwijtraken, files, te hard rijden) én de oplossingen hiervoor (vooraf routebeschrijving maken, één ding tegelijk doen, je toerenteller in de gaten houden) te laten zien. Aan het eind van dit stukje vertel je dus (als je dat wilt) over hoe dat nou bij jou zit; Wat voel jij van dat volle hoofd, wat vind jij de voor- en nadelen, wat helpt jou goed om je eigen weg te vinden.

Je kunt bij dit onderdeel de volgende afbeeldingen gebruiken:

Een hoofd vol met snelwegen
Een hoofd vol met zandwegen
Informatieverwerking in een vol hoofd
Verkeersregelaars

2. Kenmerken van autisme

Hier leg je uit dat je pas een diagnose autisme kan krijgen als je aan alle kenmerken voldoet, maar dat die kenmerken er dus wel bij iedereen anders uit kunnen zien. Je legt uit dat, en waarom, autisme een spectrumstoornis genoemd wordt. Je vertelt over de drie kenmerken van autisme die in het boek uitgelegd worden. Daarbij is het heel leuk en knap als je voorbeelden van jezelf kunt geven waarbij je die kenmerken kunt zien. Als je dit lastig vindt (of een beetje te persoonlijk), staan er in het boek genoeg voorbeelden die je mag gebruiken.

Het spectrum met kenmerken van autisme
Eénrichtingsverkeer
Sociaal overprikkeld
Miscommunicatie
Niet flexibel

3. Zintuigen

Bij mensen met autisme worden zintuiglijke prikkels vaak anders verwerkt. Dit heeft een grote invloed op hoe iemand zich voelt, en op wat iemand kan doen en leren. Ook dit zie je niet aan de buitenkant. Je kunt uitleggen welke zintuigen iedereen heeft, en hoe het voelt als je hier over- of ondergevoelig op reageert. Het is altijd leuk om hier een filmpje bij te laten zien, bijvoorbeeld dit filmpje, waarin je een jongetje ziet dat in een café helemaal overspoeld wordt door prikkels.
Het is ook hier heel goed als je zelf een aantal voorbeelden kunt geven van prikkels waar jij last van hebt, of die je gebruikt om rustig te worden bijvoorbeeld. Niet alleen begrijpen je klasgenoten jou daardoor beter, misschien kunnen ze ook meer rekening met jou houden. Misschien kun je zelf een filmpje maken van een situatie die voor jou heel druk/ overprikkelend is, en dat laten zien.

Overprikkeld

4. Anders voelen en begrijpen

Dit hoofdstuk gaat over de Theory of Mind (TOM). Door je TOM kun je nadenken en ‘meevoelen’ met wat andere kinderen denken, willen of voelen. Maar ook nadenken over wat je zélf voelt en wilt. Bij veel mensen met autisme is deze TOM (nog) niet helemaal goed ontwikkeld. Daardoor vind je het vaak lastig andere mensen, en jezelf, te begrijpen. Ook kan het zijn dat andere kinderen denken dat jij niet gevoelig bent, omdat je niet altijd een goede inschatting maakt van wat je kunt doen als iemand bijvoorbeeld verdrietig is. Terwijl… misschien ben je juist wel extra gevoelig, maar weet je ‘gewoon’ niet goed wat je moet doen om iemand te troosten! Ook dit kan horen bij jouw autisme…

Lastige gevoelens

5. Anders doen

Al je ‘doen’ wordt bepaald, geregeld en gecontroleerd door je Executieve Functies (EF). Bij veel kinderen met autisme (maar ook bijvoorbeeld kinderen met ADHD) zijn deze functies nog niet heel sterk, en moeten ze hier extra hard op oefenen om gedrag te laten zien dat handig is en bij de situatie past.
In het boek worden zeven executieve functies uitgelegd, en ook wat je er aan kunt doen als deze niet zo goed werken. Ook hier is het weer handig (ook voor je leerkracht ) als je uitlegt hoe het met jouw EF zit, want dan begrijpen zij beter als jij bijvoorbeeld een keer niet op tijd kunt stoppen of niet in één keer de goede weg kunt vinden. En… misschien kunnen zij jou daar dan bij helpen!

Executieve functies

6. Anders tegen de wereld aankijken

In dit belangrijke hoofdstuk wordt de term ‘Centrale Coherentie’ uitgelegd. Dit moeilijke woord hoef je niet persé te gebruiken, maar het is wel goed om uit te leggen dat mensen met autisme (letterlijk) anders naar de wereld kijken. Je kunt hier de twee plaatjes van het klaslokaal voor gebruiken. Door dit ‘anders kijken’ kan het zijn dat je de wereld soms gewoon even niet begrijpt. Of dat je niet ‘ziet’ wat er op een bepaald moment aan de hand is, of van je wordt gevraagd. Of dat je erg veel aandacht hebt voor details, wat heel veel op kan leveren, maar ook veel tijd kost. Dit kost mensen met autisme vaak extra energie, en zorgt soms voor misverstanden. Goed om uit te leggen dus.

Anders tegen de wereld aankijken
Klaslokaal overzicht
Klaslokaal detailwaarneming

7. Spanning en ontspanning (stress)

Door alles wat je nu verteld hebt over autisme zullen je klasgenoten het meteen begrijpen als je nu vertelt dat mensen met autisme heel veel stress hebben. Door hun autisme is het ook extra moeilijk om met deze stress om te gaan. Daar moeten ze dus extra mee oefenen, en hebben daar ook vaak hulp bij nodig. Vertel over de toerenteller en over keuzes maken. Als jij dit uitlegt, zullen je klasgenoten het echt beter begrijpen als jij een keer de klas uitloopt om rustig te worden, of als je niet blijft slapen op kamp.

Ik kan het wél maken!
In groen kun je de beste dingen doen
Het gaat niet om of je iets kunt maar om wat het je kost
De toerenteller

8. Sterke kanten

Van autisme kun je best veel last hebben. Maar dat ‘bijzondere’ brein heeft ook voordelen, en hoe leuk is het om daarmee af te sluiten! Het is leuk om aan je klasgenoten te laten zien dat sommige mensen met autisme iets heel ongewoons kunnen, bijvoorbeeld prachtig uit het hoofd dingen natekenen (filmpje), of de moeilijkste rekensommen uit het hoofd uitrekenen (link) . Dit komt door al die extra weggetjes in hun hoofd, of door de extra dikke snelwegen! Maar ook als je niet iets heel speciaals goed kan, zijn er genoeg ‘sterke kanten’ juist door je autisme. In het boek staan er al een heleboel, maar misschien heb jij juist weer andere kwaliteiten die je met je klas wil delen.

Sterke kanten van autisme

9. Afsluiting

Vaak willen je klasgenoten je nog wel wat vragen. Bedenk, en dat geldt eigenlijk voor de hele spreekbeurt, dat je niet álles hoeft te vertellen over jouw autisme. Sommige dingen zijn erg persoonlijk, en dat mogen ze ook blijven. Ik vind het wel heel stoer van je dat je hebt willen vertellen over jouw autisme. Ik weet zeker dat jij daardoor, hopelijk met hulp van je leerkracht en je klasgenoten, je eigen weg zult vinden!

Disclaimer

Alle afbeeldingen die op deze pagina, en in de downloadlinks op deze pagina worden gebruikt, zijn vervaardigd door Ruud Bijman. De afbeeldingen zijn te gebruiken om jouw spreekbeurt en de bijhorende presentatie te verduidelijken. Verdere verspreiding van de beelden zijn niet toegestaan zonder schriftelijke toestemming van de uitgever.

Bestellen van het boek ‘Vind je eigen weg met jouw autisme’ doe je hier.